Springen van geluk (Bimini 3)

17 oktober 2014

De zonsopkomsten in Bimini zijn werkelijk adembenemend. En vanmorgen al helemaal. Het belooft een bijzondere dag te worden. Dat is aan alles te merken: het prachtige licht, de zee zo glad als een spiegel, het enthousiasme van mijn reisgenoten die normaal niet vroeg op zijn en het vrolijke gespring van de zo ingetogen hond Storm. En inderdaad.

Plotseling is de boot omringd door vrolijke dolfijnen. En wat zijn ze uitgelaten! Ze springen zo hoog als ze kunnen en racen over het water. Natuurlijk kunnen we het water in gaan om met ze te zwemmen, maar het is veel leuker om te kijken hoe de dolfijnen springen van geluk.

Dan duiken ze op vlak voor de boeg. Hun prachtige vlekken lijken nog grijzer in het turquoise-kleurige water. We naderen een rif en het water kleurt aquamarijn. De kleur van de dolfijnen verandert mee. Al bijna een uur zwemmen acht dolfijnen voor onze boeg. Enkel de kristalheldere waterspiegel scheidt mij van de dolfijnen.

Haaienvoer

Na een paar uur genieten van de ‘happy jumps’ ga ik toch het water in. Ik hang aan een lang touw achter de varende boot. Volgens de excentrieke kapitein zullen de dolfijnen met me mee zwemmen zoals ze dat ook voor de boeg doen. Mijn reisgenoten laten zich niet overhalen, dus ik hang als enige aan het touw terwijl Indigo de oceaan doorkruist.

Even vraag ik me af of die vreemde kapitein niet gewoon op haaien vist met mij als aas. De wateren rond Bimini staan immers bekend om de vele tigersharks. Maar de vinnen die naast me verschijnen zijn niet van haaien, het zijn speelse jonge dolfijnen. Ze zwemmen inderdaad met me mee, zoals de kapitein voorspelde. Vooral de drie baby's zijn speels en vinden het leuk om op hun kop oog in oog naast me te zwemmen. Een van de vrouwtjes zwemt onder me en duwt haar buik tegen de mijne.

Als fanatiek fotograaf wil ik deze bijzondere momenten vastleggen. Maar fotograferen is vrijwel onmogelijk: met één hand het touw vast houden, met mijn andere hand een camera die ik ondanks onze snelheid probeer stil te houden. Ook de dolfijnen maken het me niet gemakkelijk. Ze zwemmen zo dichtbij dat ik ze met geen mogelijkheid op de foto krijg. Een van de jongen vind het leuk om mijn camera uit mijn hand te duwen. Telkens als ik richt, duwt hij tegen mij of mijn camera aan met prachtige foto's van het touw waar ik aan hang tot gevolg. Tijdens een van mijn freeswims duwt het grote mannetje dat eerder mijn hartchakra aanraakte zijn neus tegen mijn camera. De dolfijnen hebben de grootste lol, vooral als ik weer aan het touw bungel. Ze clicken en kletsen er op los. Urenlang zwemmen ze met me mee. Vermoeidheid voel ik niet.

’s Avonds laat gaan we voor anker voor het verlaten strand van een geheim eiland. Terwijl ik aan mijn bijzondere dolfijnenontmoeting denk, kijkt een prachtige maan op me neer en zie ik sterren langs het universum schieten. Sommige dagen zijn perfect, van het begin tot het einde.