Vleugels

11 januari 2014

'Op reis krijg ik vleugels.' Dat las ik laatst in een interview met reisschrijfster Lieve Joris. Ik voel precies wat zij daarmee bedoelt. Reizen is mijn grote passie. Het échte reizen, geen vakantie vieren.

Reizen is hard werken. Makkelijk is het bijna nooit. Tot je na veel omzwervingen eindelijk een prachtig zandduin bereikt. Of na een zware tocht door de jungle chimpansees ontmoet, van heel dichtbij. Of na drie weken matoke eten totaal onverwacht een tosti kaas voorgeschoteld krijgt bij een heel lieve oma in een lemen hutje. Op die momenten geeft reizen je vleugels.

Bij reizen gaat het om je verdiepen in andere mensen en culturen. Ook als je elkaars taal niet spreekt. Om loskomen uit je vertrouwde omgeving en dikwijls ook uit je eigen comfortzone. En vaak leidt dat tot confrontaties met jezelf, die soms best moeilijk zijn. Toch is reizen verslavend. Het woord reiskoorts zegt genoeg!

Reizen dompelt me onder in nieuwe werelden. Ver van het bekende en vertrouwde. Heel intens beleef ik wat ik voel, zie, hoor, ruik en proef. Maar eenmaal thuis lijkt dat alles ineens zo ongrijpbaar. Voor je het weet zit je weer in het gewone ritme. Die prachtige cheetah van de Masai Mara of die intense geuren en kleuren van de Khan el Khalili lijken zo ver weg en zo lang geleden.

Dat is het probleem met reizen: het is zo vluchtig. En tegelijkertijd verslavend. Daarom verlang je steeds naar méér. Die geluksmomenten zijn zo moeilijk vast te houden in de hectiek van het dagelijkse leven. Maar gelukkig heb ik nog twee passies: schrijven en fotografie. En de combinatie van intens beleven en de overheersende indrukken in woord en beeld vangen, helpt mij om geluksmomenten te verzamelen. Herinneringen levend te houden. Het zorgt er voor dat reizen altijd aanwezig is in mijn leven, ook tijdens de dagelijkse sleur. Onbevangen kijken, openstaan voor wat mijn pad komt en in het moment aanwezig zijn. Een reishouding die ook in mijn vertrouwde omgeving waardevol is.

Magie

Altijd ben ik bezig nieuwe reizen te plannen. Vooral als de Fernweh mij weer eens overvalt. Dan zit ik in mijn hoofd tussen de olifanten in Namibië of de walvissen in de Dominicaanse Republiek. En de dolfijnen… die zijn er altijd. 
Waarom hou ik zo van reizen, vraag ik me wel eens af. 
Ben ik op zoek naar nieuwe plaatsen, nieuwe ervaringen, nieuwe ontmoetingen? 
Of vlucht ik juist ergens van weg? Mijn eigen leven? Mijn werkelijkheid?

Ik denk dat het vooral het zoeken naar het nieuwe is, het ontdekken van het onbekende. Maar ook het zoeken naar mezelf. Reizen is een voortdurende confrontatie met alles wat anders is, anders voelt, anders ruikt en anders smaakt. Dit dwingt me ook de confrontatie met mezelf aan te gaan.
Eet ik die chloorsoep vol koeienogen wel of niet, vroeg ik me af op bezoek bij een gezin in de hutongs van Beijing. En wat doe ik met het toetje: gefrituurde insecten op een stokje? 
Het dwingt me ook creatief te zijn; 'Nee er is geen openbaar vervoer hier in Masindi.’
Te relativeren; ‘Ja ik ben gezonken tijdens een storm en alles kwijt, van mijn huissleutels tot mijn tandenborstel en dure camera, maar iedereen leeft nog en ik heb een huis om naar terug te keren.’ En het draagt enorm bij aan mijn probleemoplossend vermogen; ‘Hoezo, de weg naar Assiut is alleen toegankelijk als we voor bescherming betalen?’

Maar boven alles denk ik dat reizen voor mij een zoektocht is naar magie. Naar onbekende kleuren, geuren en geluiden. Nieuwe indrukken, een prachtige natuur, pure ontmoetingen. Ook is het een uitdaging dit blijvend in foto’s te vangen. Want voor mij geeft vooral dit diepte aan mijn vluchtige reisbelevenissen. Zo worden die geluksmomenten herinneringen om te verzamelen.